Een ontmoeting tussen klank en beeld.

Werner Trio – Fragment uit: Openingswoord ter gelegenheid van een aperitiefconcert, 2009 “Een ontmoeting tussen klank en beeld”

Klaar is beeldhouwer. Ze houwt beelden. Door te hakken, te beitelen en te zagen in Ierse arduin of Balegemse steen. Of ze giet brons. Een industriële bezigheid, dat laatste. Een oeroude stiel, het eerste. Allebei hard labeur. Ze kon ook virtuele beelden maken aan een pc. Dat doen veel hedendaagse kunstenaars. Maar nee, ze verkiest hard labeur.

Alleen al zo’n zwaar blok arduin verplaatsen en rechtzetten vraagt krachtpatserij en/of kennis.

Hard labeur, zware arbeid --zo denken wij in onze nutstijden-- moet ergens voor dienen. Het moet iets nuttigs opleveren. Maar Klaars werk is nutteloos, haar beeldhouwwerk dient het nut niet. Je kan haar beelden niet gebruiken, niet aanbidden, ze dienen niet ter versiering. Klaar houwt beelden uit kennelijke noodzaak.

De archetypische beeldhouwer, de beeldhouwer aan wie we denken als we het woord “beeldhouwer” horen, is in de cultuur die de meesten van ons hebben meegekregen, Pygmalion : de Cypriotische prins uit de Griekse mythologie. De vrouwen om hem heen had hij zoveel zien zondigen, dat hij dan maar zijn eigen, ideale vrouw beeldhouwde. Dank zij de godin van de schoonheid en de liefde, Aphrodite, kwam het beeld tot leven, de ideale Galatea werd zijn prinses.

Daar was het de Grieken om te doen: de goddelijke, ideale vormen die ze in hun dromen zagen, veruitwendigen, in de wereld zetten. Moderner gezegd: een uitwendige vorm geven aan de begrippen die onze hersenen aanmaken, in ons hoofd. Begrippen als schoonheid en goedheid, die ideaal lijken doordat ze van het toeval, het contingente, zijn ontdaan, hersenspinsels dus eigenlijk. Het heeft wel prachtige beelden opgeleverd: schutters, atleten, goden en godinnen.

Klaar doet, denk ik, iets dat daarop lijkt, maar ontdaan van idealisme. Al 15 jaar lang is ze ermee bezig, groei uit te beelden. Stengels en schors, basten, en stronken, floëmen ook, zoals ze het noemt. Ze legt groei vast. Ze fossiliseert het idee van groei. En ze doet dat - zoals ik al zei - graag in Balegemse steen of Ierse arduin.

Balegemse steen is tientallen miljoenen jaren geleden gevormd, in de vorm van zwerfkeien, met mineralen omgeven. Stille getuigen van een leven dat wij ons niet kunnen voorstellen, er waren ook geen mensen. Steen die door mensen is gebruikt om vele kerken in de Scheldestreek mee te bouwen.

Ierse arduin, Petit Granite, zoals hij ook wordt genoemd, is kalksteen die is gevormd toen onze continenten nog Euramerika en Gondwana heetten. Het is afbraakmateriaal van de Caledonische bergen, vermengd met allerlei organismen van die tijd, resten van beesten en planten. Het is de tijd waarin de eerste vissen op het land kropen en amfibieën werden. Dat is Klaars geliefde materiaal.

Klaar maakt beelden van het leven, van de groei, van evolutie die nooit stopt, aangestuurd door toeval en selectie. Ze doet dat uit resten van groei en leven van zo lang geleden dat we het ons niet kunnen voorstellen.

Ze doet dat in haar eentje, schijnbaar. Schijnbaar, zeg ik, omdat haar werk één en al dialoog is. Met de werkers in de zandgroeve van Balegem bv. Wim en Pascal heten ze. Ze hebben haar geleerd hoe ze met de 60 cm dikke steen moet omgaan, hoe ze hem kan verplaatsen, ze hebben haar de techniek van het kappen bijgebracht. Haar nieuwste werk is ontstaan nadat, en misschien wel doordat, de mensen van de groeve haar een prachtige steen aanboden.

Dialoog met het materiaal zelf ook. Want de de witte of rode Balegemse, met zijn grillig samengeklitte mineralen, en breekbare en stugge plekken, stelt eisen en biedt mogelijkheden. Het materiaal bepaalt, samen met de ideeën, de blik en de hand van Klaar, de vorm van het kunstwerk.

En dialoog met ons. Wij, die alleen maar in bewondering en verwondering kunnen kijken, tasten en associëren, bij Klaars sobere, bijna romaans aandoende beelden. Ze lijken nu al oeroud, en zullen dat nog vele duizenden jaren blijven.

Ik beeld mij nu al in, hoe een verre nazaat van ons, zich via haar beelden, een beeld zal proberen te vormen van wie wij waren, die zonderlingen van de 21ste eeuw.